Op bezoek bij Clevia
Na een druk weekend, met enkele tegenslagen, ging ik van
start met een nieuwe week. We hadden vooral tegenslagen in ons huisje, want er
was geen water meer en we hadden ook geen toilet. Gelukkig konden we ons uit de
slag trekken en keken we uit naar onze laatste schoolweek. Vol enthousiasme
vertrokken we naar school om de kinderen verder te helpen met ons zorgproject.
Op maandag 25 april 2O16 namen we een kijkje bij de andere
studenten in de school Clevia. We vertrokken met de taxi en na een twintigtal
minuten kwamen we aan.
Toen ik het schooldomein betrad, keek ik verbaasd om me
heen. Deze school was een open domein, met een heel mooi grasveld, banken,
tafels en hutten. Ik merkte meteen op dat deze school ook veel groter was. Ik
zag rondom mij een hele hoop gebouwen en ik wist meteen dat de school veel
groter was dan onze school in Houttuin 2. Een student merkte onze aanwezigheid
op en kwam naar ons toe. We werden begeleid tot aan de directie en werden zeer
goed ontvangen. Spijtig genoeg was het schoolhoofd niet aanwezig. We kregen een
rondleiding in de school door onze medestudenten.
Eerst moesten de studenten een toneelstuk uitvoeren voor hun
project. Daardoor kwamen we eerst in de mediatheek terecht en konden we
genieten van hun toneelstuk. Het was leuk om de anderen creatief aan het werk
te zien. We kregen ook een plaatsje tussen de kinderen. Je zag het enthousiasme
van de kinderen tijdens het toneelstuk. Het was een zeer aangenaam moment,
waarbij de kinderen lachten en het toneelstuk aandachtig bekeken. Het
toneelstuk was eenvoudig en op het niveau van de kinderen. De kinderen hadden
het toneelstuk heel goed begrepen en de boodschap was overgekomen. Dit kan ik
besluiten uit de vragen die de kinderen konden beantwoorden. De mediatheek
waarin het toneelstuk doorging, was eigenlijk de bibliotheek. In de school
Houttuin 2 heb je ook een bibliotheek. De mediatheek in Clevia was vooral
geordend en zat logische in elkaar. De kinderen mochten boeken kiezen uit de
rekken, terwijl de kinderen in onze school moeten kiezen uit een stapel en de
boekenrekken niet mogen aanraken. Ik vind het natuurlijk aangenamer als de
kinderen de kans krijgen om te kiezen en als de boeken mooi gesorteerd staan.
Ze krijgen de kans om rustig te kiezen uit alle boeken en een boek te nemen op
hun niveau.
Daarna gingen we verder met de rondleiding. Toen we de
mediatheek verlieten, was ik nog altijd onder de indruk van de gebouwen en van
het schooldomein. Ik merkte op dat deze school al heel veel studenten over de
vloer had gekregen. Er hingen heel veel posters met afspraken in de klassen. Er
was een poster die me opviel: ‘Een opvoeder slaat niet, maar praat.” Deze
poster hing op een zichtbare plaats en is dus zeer belangrijk. Ik ga volledig
akkoord met de stelling. Alle kinderen moeten met respect behandeld worden.
We konden in een aantal klassen een kijkje nemen. Ik
ontdekte niet veel verschillen met de leerschool, met uitzondering van de
posters met afspraken en de duidelijke opbouw in de klassen. In de kleuterklassen
had ik niet meteen een groot verschil opgemerkt. We hadden wel geen tijd genoeg
om een les te observeren en dat vond ik spijtig. Misschien had ik dan een beter
zicht op de verschillen en gelijkenissen tussen de scholen.
Het eerste wat heel duidelijk werd in de kleuterklassen was
het uniform. Deze kinderen dragen een geel uniform en bij ons is dat oranje.
Het kleur en de snit van het uniform verschilt per school, omdat de school dit
zelf mag kiezen. Het dragen van de schoolkleding is verplicht in alle scholen,
dus zowel in Houttuin 2 als in Clevia. Het uniform moeten ze dragen om het
onderscheid tussen de verschillende bevolkingsklassen te verminderen. Ze willen
dat de kinderen gelijk behandeld worden. Ik vind dit zeer goed en eigenlijk
iets wat ik wil meenemen naar België. Ik vind het heel positief omdat er geen
verschil is tussen de kinderen. Ze kunnen al geen ruzie hebben op basis van de
kledij. Ze kunnen ook niet uitgelachen worden, want iedereen draagt hetzelfde.
Het was ook opvallend dat de klassen er ruimer uitzagen. Ik
had het gevoel dat de klas veel groter was. Dit komt wellicht door de inrichting
met verschillende meubels en hoekjes. Ja, je hoort het goed. Er zijn hoekjes
aanwezig in de klassen. De hoekjes zijn speelhoekjes waar de kinderen een
bepaald spel kunnen spelen. In deze klas waren de hoekjes al meer zoals in
België. Er lag bijvoorbeeld een stukje tapijt waarop de kinderen konden spelen.
Ze moeten dus niet zoals in Houttuin 2 hun stoel meenemen om aan een tafel te
spelen. Hier krijgen ze de kans om echt op de grond te spelen en rond te lopen,
wat veel beter was. Ik merkte op dat de kinderen hier ook veel meer mogen
bewegen. De materialen die ze bezitten waren wat duurzamer en je merkte ook dat
er bepaalde materialen aanwezig waren die we in onze school niet zagen. De
muren in de kleuterklassen waren zeer aantrekkelijk, want het waren muurschilderijen.
De andere elementen zoals de praatplaten, bordtekeningen, cijfers, klanken …
werden op dezelfde manier aangeboden zoals in onze school. Ik vond het zeer
leuk om te zien dat de school met hoekjes werkte.
Toen we in de klassen binnenkwamen, zagen we een groot
verschil bij de kinderen. Je merkte op dat de kinderen er verzorgder uitzagen.
Dit was natuurlijk mijn eerste indruk. Toen we met de andere studenten
praatten, hoorden we dat er verschillende kinderen op school vertoefden. We
weten wel zeker dat deze school in een rijkere omgeving ligt dan onze school.
Daarna maakten we nog kennis met andere zaken waardoor we kunnen
vaststellen dat het een rijkere school was. Tijdens de rondleiding was ik niet
enkel van het schooldomein geschrokken, maar ook van de elektriciteit dat er in
de klassen aanwezig was. In alle klassen waren er lampen, gordijnen,
stopcontacten, … In Houttuin 2 hebben we geen elektriciteit, enkel in het
gebouw van de mediatheek en het gebouw van het schoolhoofd.
Tot slot zagen we het computerlokaal, het muzieklokaal en de
gymzaal. Ik was aangenaam verrast van deze lokalen. Het was fijn om een kijkje
te nemen in de gymzaal, omdat ik dit mis op Houttuin 2. Deze twee lokalen was
ik ook aangenaam verrast. De gymzaal was voor mij een zeer leuk moment. Ik vond
het fijn om een stapje te zetten in de gymzaal. Dit enkel en alleen, omdat ik
dit wel iets is dat ik mis op Houttuin 2. De gymzaal was zeer groot en er waren
enkele kleuters aan het turnen. De kleuters konden bewegen en zich uitleven.
Het leek zeer sterk op een gymles in België, maar er waren wel geen grote
materialen zoals een plint, een klimrek, … Ik vind het zeker een pluspunt van
deze school. Natuurlijk hebben ze nog geen grote materialen zoals; een plint,
een klimrek … Maar het is al een grote stap, om zo’n gymzaal te hebben op een
school. Dit vind ik dan zeker ook een pluspunt voor deze school. De kinderen
van Houttuin 2 krijgen turnen, maar dit is afhankelijk van het weer. Als het
regent, kunnen ze niet op het speelerf omdat dit niet overdekt is. Als het
geregend heeft, kunnen ze ook niet turnen omdat er dan modder ligt. Clevia
heeft een gymzaal en de kleuters kunnen zich hier ook uitleven als het regent.
Het muzieklokaal en de muziekleerkrachten waren mijn
favorieten. Ik was meteen aangetrokken door de lieve en zachte stem van de
leerkracht. Ik merkte op dat de kinderen heel goed konden zingen en durfden
zingen voor een groep. In onze school willen ze nooit vooraan zingen voor een
andere groep kleuters. Het was een van hun troeven die ze goed kunnen
gebruiken. De juf verkoopt ook haar eigen cd en ik kon het niet laten om de cd
aan te kopen voor later. Ik vind het zeer belangrijk om liedjes uit Suriname te
leren kennen. Het was leuk om de leerkrachten muzisch aan het werk te zien.
Toen ik even buiten stond om de anderen te zoeken, om ze te
laten luisteren naar de muziekleerkracht, kwam er een juf naar mij toe. Deze
juf is verantwoordelijk voor de omgang met de ouders. Het viel op dat de
leerkracht zeer graag vertelde en dat ze haar ervaringen wilde delen met mij.
Ik luisterde aandachtig en was enorm geïnteresseerd in de werking van de
school. Aan de ingang van de school staat een dropbox waar ouders hun meningen,
problemen, opmerkingen, … kunnen droppen. Het was aangenaam om te zien dat er
zo’n goede samenwerking is met de ouders. Voor mij is dit de eerste stap om te
ontdekken hoe een kind in elkaar zit. Je kan de kinderen beter begrijpen en je
beter inleven als je de ouders ook kent.
Ze vermeldde ook dat er vijf verschillende soorten kinderen
op school zitten. Daarmee bedoelde ze eigenlijk kinderen met vijf verschillende
talen. Ze vindt het heel belangrijk om je als school open te stellen voor zorg.
Op deze school werd dit gegeven door haar en nog een andere leerkracht. Ze zei
dat ze helpen bij leerproblemen, maar ook bij problemen die zich thuis
afspelen. Het kan bijvoorbeeld zijn dat ze helpen als de ouders het niet
financieel breed hebben.
Ik was positief verrast over de hulp die ze aanbieden bij
kinderen. Bijvoorbeeld is er een kindje met een motorische beperking. Zijn ene
been was langer dan het andere. De school kijkt om een bepaalde schoen te
ontwikkelen zodat hij met zijn ene voet hoger staat. Ik vind dit een heel mooi
gebaar van de school. De kinderen staan hier echt op de eerste plaats en
krijgen op alle vlakken hulp. Een ander voorbeeld is dat ze goedkope spulletjes
verkopen zoals potloden, balpennen, boeken, … De kinderen worden dus op het
financieel vlak ook bijgestaan.
Ik was blij dat ik de school van Clevia kon bezoeken. De
andere studenten komen op donderdag 28 april 2016 ook eens een kijkje nemen in
de school van Houttuin 2. In deze school heb ik enkele toekomstbeelden ontdekt.
Ik kreeg een duidelijk beeld hoe je zorg met ouders goed kan aanpakken door
bijvoorbeeld te werken met een dropbox. Het gaf me een goed gevoel dat de
school een juf had die leeft voor de kinderen. Ik wil zeker een voorbeeld nemen
aan haar. Ik heb mijn sociale en communicatieve vaardigheden kunnen toepassen.
Ik ging in gesprek met de juf zonder enige problemen. De tijd vloog voorbij en
ik kon zeker nog uren praten en luisteren naar haar. Ik koppelde mijn culturele
zelfkennis aan het gesprek met die vrouw. Ik koppelde mijn eigen
referentiekader en wereldbeeld aan dat van haar. (ICOM: 2.1. Culturele
zelfkennis, 4.2. Sociale en communicatieve vaardigheden en 4.7. Duidelijk
toekomstbeeld)
Vergadering
Op dinsdag 26 april 2016 stond er een vergadering op de
planning. Deze vergadering werd georganiseerd door wij als studenten. Het ging
over ons project dat ik in mijn vorig blogbericht al toelichtte. Deze keer
waren de leerkrachten aan de beurt om te luisteren naar ons project. We konden
ons project uitleggen aan alle leerkrachten en aan het schoolhoofd. De
inspectie was verontschuldigd, omdat er een spoedvergadering was tussengekomen.
We vonden dit spijtig, omdat zij zeer enthousiast waren over ons project.
Eerst wil ik nog even terugblikken naar mijn vorig
blogbericht. Daarin heb ik kort verteld hoe we kwamen tot ons project, waarom we
kozen voor een zorgproject. Deze keer ga ik dieper in op de bevindingen,
ervaringen, opmerkingen, … die ik ondervond in mijn laatste week.
Tijdens onze zorg zagen we mooie, positieve evoluties bij de
kinderen. Bijvoorbeeld in de kleuterklas was er een kleuter aanwezig die moeite
had met het herkennen van cijfers. Hij kon de telrij heel goed opzeggen, maar
cijfers herkennen kon hij niet. Daardoor begon ik opnieuw bij het cijfer 1. Ik
maakte verschillende oefeningen en maakte gebruik van de plooibare handen. Dit
zijn handen waarbij je de vingers kunt omplooien zodat ze kunnen tellen hoeveel
blokken ze moeten leggen. Ik testte vooral welke cijfers hij kon en welke niet.
Bij het aantal vingers moest hij het juiste cijfer plaatsen. Ik merkte op dat
hij geen enkele hand correct had. Ik begon opnieuw bij het cijfer 1. Ik
vertelde een verhaaltje waarbij het cijfer 1 voortdurend voorkwam. Toen ik het
cijfer vermeldde, toonde ik dit aan met mijn vinger en met een afbeelding op
het whiteboard. De kleuter mocht daarna een aantal bewegingen uitvoeren.
Bijvoorbeeld een keer springen, een keer klappen, een keer tikken op de neus, …
Daarna konden we overgaan met de herkenning van cijfers. Ik maakte een blaadje
waarop de cijfers van 1 tot 5 stonden. Enkel het cijfer 1 mocht de kleuter
omcirkelen. Toen hij dat cijfer vond, moest hij ook zeggen dat het cijfer 1
was. We gingen over naar de volgende oefening. De kleuter kreeg een blad met
verschillende bolletjes. Hij moest cirkels tekenen rond 1 bal. Tot slot moest
hij het cijfer schrijven. Eerst overtrekken en daarna apart schrijven op het
whiteboard. Dit gaat verder tot de kleuter de 5 cijfers aangeleerd had. We
eindigden met een kort memoriespel om te achterhalen of hij de cijfers kon
koppelen aan kwadraatbeelden. Er was een positieve evolutie bij deze kleuter.
Het memoriespel verliep zonder problemen of hulp. Hij kon de cijfers correct schrijven.
Het was opmerkelijk hoe kinderen zo snel kunnen leren als ze
individuele hulp krijgen. De kinderen zelf waren ook heel enthousiast. Zelfs
toen ik nog maar aankwam op school vroegen de kleuters of ze mee mochten naar
het zorglokaal. De kinderen zien het meer als een speelmoment en niet als een
leermoment, terwijl het eigenlijk wel leren is. Het gebeurt onbewust en ze
aanvaarden de hulp.
Ik zag een voldoening bij de kinderen, omdat ze zo’n mooie
evolutie maakten. Sommige kinderen komen zelfs naar mij toe en willen bewijzen
dat ze nu wel kunnen wat ze hadden geleerd in de zorgklas.
Zoals ik vorige keer al vermeldde, werkten we terug aan de multiperspectiviteit.
De juffen hadden een grote vraag naar een zorgplan, hulp, … Ik heb hun probleem
vanuit culturele invalshoeken bekeken. Ik bedoel daarmee dat ik nagegaan ben
wat mogelijk is voor de leerkrachten. Wat kon ik doen om hen op het juiste
spoor te zetten. Daarom hebben we ook samen de koffers ontworpen.
Even terug naar de vergadering. Onze juffen waren enorm
geïnteresseerd waardoor de vergadering doorging voor alle leerkrachten van de
school. We begonnen vol goede moed aan de vergadering. Het schoolhoofd ging van
start met een terugblik op de vorige vergaderingen en een aantal mededelingen.
Daarna namen wij het woord. We hadden de vergadering vooraf goed gepland en
alles stond tijdig klaar. Eerst bespraken we de agendapunten. We hadden elk
onze eigen tekst.
-
Inleiding
-
Citaat
-
Waarom starten we het project zorg?
-
Wat houdt zorg in? (zorgcontinuüm)
-
Uitleg zorgkoffers
-
Toepassingsoefeningen
-
Algemeen besluit
-
Terugblikken naar het citaat
Ik deed een beroep op mijn opleiding, waar ik de module zorg
kreeg. Ik woonde verschillende lessen bij en kreeg veel informatie. De kennis
die ik in België opdeed, kon ik gebruiken in Suriname. Ik denk bijvoorbeeld aan
het zorgcontinuüm, de 8 intelligenties van Gardner, … Ik startte de vergadering
met een slogan waarover de leerkrachten even moesten nadenken. Ik zocht deze
week naar een perfecte slogan. De andere studenten waren meteen overtuigd. Dit
was onze slogan: “We kunnen niet van alle kinderen dezelfde sterren maken, maar
we kunnen ze wel allemaal laten schitteren.”. Aan het einde van onze
vergadering gaven we onze mening over de slogan. Elk kind is uniek en wij
willen hen via zorg laten schitteren in bepaalde vakken. We kunnen hen hierbij
helpen.
We maakten tijdens onze vergadering gebruik van
verschillende werkvormen zoals luisteren, oefeningen maken, meedenken, … De
leerkrachten moesten actief deelnemen aan de vergadering. We gaven ook een
uitgebreide uitleg over zorg. Het was een dag waarin de leerkrachten heel veel
informatie moesten verwerken. Vaak waren ze afgeleid en dus lasten we een pauze
in na de zorgkoffers voor de kleuterklassen. De concentratie van de
leerkrachten was even zoek toen we de zorgkoffers hadden uitgelegd. We maakten
de uitleg korter en selecteerden de belangrijkste stukken. Ik was bang dat er
geen interesse was bij de leerkrachten en ik verloor even mijn zelfvertrouwen.
Ik kreeg stress en praatte daardoor heel snel. Ik vroeg me af waarom de
leerkrachten niet meer luisterden. De juffen moesten na de uitleg ook
oefeningen maken uit de zorgkoffers.
Een juf sprak ons aan in de pauze en zei dat we veel sneller
praatten dan ze gewoon zijn. Ze hebben meer tijd nodig om alles te verwerken.
Daarmee heb ik uiteraard na de pauze rekening mee gehouden. Ik zei ook dat ze
gerust vragen mochten stellen. Ze hadden alles begrepen, maar konden niet alles
opschrijven. Na de vergadering gaf ik mijn samenvatting aan de leerkrachten.
Uiteindelijk had de ene groep geen interesse meer omdat ze aan het stikken
waren van de warmte. Ze wilden frisse lucht scheppen en de airco bij hen
plaatsen. Ik was me alles aan het inbeelden en zat vol negatieve gedachten,
terwijl het eigenlijk aan de warmte lag. Mijn zelfvertrouwen kwam terug en ik
hielp de leerkrachten bij het oefenen.
De leerkrachten gingen zelf aan het werk en ik merkte heel
wat interesse. Ze gingen van start met de koffers en schreven kort hun
ondervindingen op een blad neer. Tijdens de presentatie mocht een leerkracht
per groep naar voren komen en ik moet zeggen dat ik aangenaam verrast was. Ze
waren heel actief en hadden goed nagedacht. Een groepje had zelfs nagedacht
over de verschillende leeftijden en een ander groepje was al materialen gaan
zoeken om zelf in de klas te gebruiken. De boodschap was zeker overgekomen en
ze begrepen zorg veel beter. Ik was tevreden met de oplossingen van de citaten
en de grote medewerking van de leerkrachten. Ze zagen in dat zorg nodig is op
school.
Het schoolhoofd blikte nadien nog even terug op ons, als
stagiaires. Ons zelfvertrouwen werd meteen opgekrikt, want ze waren zeer
tevreden over de samenwerking en willen volgend jaar opnieuw studenten. We
hebben van elkaar heel veel geleerd en dit vonden zij zeer positief. We hadden
ons ingezet voor de kinderen en dit apprecieerden ze enorm. We stonden altijd
open voor hun meningen en hadden dit ook voor de vergadering gezegd. We leerden
tijdens de presentaties bij door hen. Ik stond open voor vragen, meningen en
ondervindingen over de zorgkoffers.
Ik vind het zeer fijn om te werken in een enthousiast team.
De sociale omgang met collega’s, stagiaires, het schoolhoofd, de leerkrachten
en kinderen is hier heel belangrijk. Ons project is dus zeker en vast geslaagd!
(ICOM: 2.9. Multiperspectiviteit, 4.2. Sociale en communicatieve vaardigheden,
4.5. Openheid, 5.3. Kennis hebben van de beroepsuitoefening in andere landen en
4.3. Zelfvertrouwen hebben)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten